'HANDEN SCHUDDEN'

De maandelijkse column van Tami.

Het geven van drie kussen, handen schudden of een flinke hug, is nu allemaal in de ban gedaan. Corona of Covid19 heeft de sociale omgangsvormen drastisch omgeschud. We gaan nu aan de elleboog boks, de voetengroet, het zwaaien of gewoon heffen van de hand. Zijn onze omgangsvormen voorgoed veranderd?

Toen ik in Nederland kwam maakte ik kennis met de Hollandse manier van groeten. Nederlanders wilden graag een stevige hand. Naast de doorgeschoten mode van één, twee, drie of vier kussen, leek het geven van een ferme hand eigenlijk de enige goede manier van begroeten. Dacht men.

Maar natuurlijk waren er nog zoveel andere manieren van elkaar begroeten, waarom zou er maar één de juiste zijn?

In Suriname kende ik vele manieren van groeten. De meest populaire manier was groeten met de uitdrukking van je gezicht. Stel, je hebt je handen vol, tas met boodschappen in de ene hand, kind aan de andere hand, dus: ‘Hee!’ Een brede lach, met mond én ogen, en dan de stem. Een warme, hartelijke intonatie.

Een andere, veel gebruikte manier was groeten met een buiging, dat wil zeggen een lichte hoofdknik, of iets verder doorgevoerd, als subtiele buiging. De eerste wijze had nog iets formeels en kon gepaard gaan met handen schudden, de tweede variant gaf een grotere gradatie van genegenheid aan, en van respect. Charmeurs konden deze laatste manier soms ook nog samen laten gaan met een handkus, om de lieftalligheid van de aangesprokene te onderstrepen.

Het aanraken van de voeten van de geëerde oudere of wijze, een traditioneel Indiaas teken van respect, was in Suriname geen gebruik, wel hieven Hindoes ter begroeting de gevouwen handen voor hun borst, met ook nog een hoofdknik of lichte buiging.

Dan was er nog de joviale opgestoken arm, al dan niet met wuivend gebaar en vergezeld van blijde uitroep. Deze was meestal van verre te zien en kon bij nadering overgaan in een omhelzing of een klap op de schouder of rug. Bij mannen onder elkaar, wel te verstaan. Vrouwen hielden het meer ingetogen en gingen over op het kussen van de wang.

En het handen schudden? Ook dat werd in Suriname gedaan, maar nooit als ferme handdruk. Knijpen in de hand was iets voor pubers of macho mannen die hiermee hun kracht, macht of viriliteit wilden tonen. Sommige Casanova´s gaven de hand van een vrouw zelfs niet terug, niet meteen, althans.

Een krachtige handdruk werd als intimiderend of dominant gezien. Daarom gaf men het liefst een bescheiden handdruk of hield het zelfs op een zachte

aanraking van de handpalmen. Een teken van vriendelijkheid en voorkomendheid.

Vaak had ik in Nederland liever een dergelijke begroeting gehad, als mijn vingers weer eens gekneusd uit een te stevige poot tevoorschijn kwamen. Daarom groette ik bij binnenkomst iedereen tegelijk, met een zwaaiende hand naar het hele gezelschap. Overigens ook in Suriname een goed gebruik.

Misschien worden het gebruik van handen schudden of begroetingskussen straks een historisch gegeven, iets uit vroeger dagen. Dan kijken we met verbazing of nostalgie terug naar wat tegen die tijd mogelijk als onhygiënisch wordt gezien.

Maar wat mij betreft, is de anderhalve meter regel moeilijker. Mensen zijn zo gewend bij elkaar te zijn. Als je op bezoek gaat of met elkaar optrekt, is het heel moeilijk anderhalve meter afstand te bewaren.

Maar ja, het helpt, het kost niks, en het is geen ingewikkelde yogaoefening. Makkelijk te doen voor iedereen.

Maar toch véél moeilijker dan je zou denken.

Tami